Man in de bergen (1)
In de vakantie zaten we in een houten huisje in de bergen. De eigenaar had dit eigenhandig gebouwd met grote boomstammen. Werkelijk heel knap. Op zijn grondgebied van vijftig hectare, aan de rand van een bos. Het was een spannend bos; donker, met rare rotsformaties en herten, everzwijnen en veel geluiden die je niet thuis kunt brengen. Mysterieus. De eigenaar, een alfaman van begin zestig, woont beneden in een boerderij met zijn vrouw. Op woensdag werden we gevraagd om daar iets te komen drinken met de huurders van twee andere huisjes op zijn terrein. Tja, je doet dat dan maar. Toen het ging regenen verhuisde de groep naar binnen. Drankjes, hapjes en aftastende beleefdheidsgesprekken in verschillende talen aan de lange tafel. Na enkele glazen wijn stond hij op en liep naar de andere kant van de ruimte, die grensde aan een ruime nis waar ik vanuit mijn positie aan tafel geen zicht op had. Hij wenkte me op een manier die mijn aandacht trok, maar het in gesprek zijnde gezelschap aan tafel verder niet stoorde. Alsof hij speciaal aan mij iets wilde laten zien. Ik liep naar hem toe, blijkbaar was het in die nis te doen. Zijn blik verraadde dat er nu echt iets stond te gebeuren. Ik ging erheen met een onrustig gemoed. En daar, in die nis, stond een gigantisch jachtgeweer, steunend op een statief. In de aanslag voor het venster; als was het de natte droom van elke scherpschutter. Ik schrok ervan maar liet het niet merken. Het zag er zeer serieus en professioneel uit, compleet met telescoop en al. Hij verzocht mij gebarend om het even vast te houden. Dat leek een exclusieve gunst dus ik deed het maar, al was ik niet zo behoeftig. Het was een behoorlijk zwaar en groot ding, indrukwekkend. Toen ik het weer neergezet had, kwam de doos met patronen voor de dag. Ze waren wel tien centimeter groot. Ook even vasthouden? Volgens mij kon je daar zo een beer mee omleggen. Maar het zal wel voor ander wild bedoeld zijn. Zijn vrouw verkocht trouwens eigengemaakte herten- en evenzwijnenragout in ingevroren porties, die overigens heerlijk smaakte. Eerder op de dag, ter voorbereiding van deze sociale bijeenkomst, had ik bedacht om hem in mijn gebrekkig Frans te attenderen op de prachtige Franse roman die ik in vertaling aan het lezen was. Ik probeer mij vaak enigszins voor te bereiden op dit soort sociale bijeenkomsten, om te voorkomen dat ik uit ongemak bevries en niet of te spaarzaam deelneem aan de conversatie. Maar ik heb het uit mijn hoofd gelaten. Mijn vooraf bedachte gespreksonderwerp leek me bij nader inzien minder geschikt. Al is het natuurlijk een vooringenomen en waarschijnlijk onware gedachte dat jagers hiervoor per definitie geen belangstelling hebben. Maar op een of andere manier voelde het nu toch ongemakkelijk om het in te zetten voor een goed gesprek tussen mannen.